Hoe schrijf je een impactvol memorandum?
Wat is een Memorandum?
Een memorandum – ook wel inspiratienota, charter, manifest, ect. genoemd – is een instrument waarmee een individu of groep in de samenleving invloed probeert uit te oefenen op een beleidsniveau naar keuze. Een aantal veel voorkomende kenmerken zijn;
- Het is vaak een tekst, maar kan ook allerlei andere vormen aannemen.
- Het is gericht aan beleidsmakers.
- Het doel is om invloed uit te oefenen op het politieke niveau(s) waartoe je de tekst richt.
- Een memorandum is een toekomstbeeld (geeft weer hoe de schrijver(s) willen dat de samenleving in de toekomst wordt vormgegeven)
- Het is vaak thematisch opgebouwd, in functie van uitdagingen, waar aanbevelingen tegenover staan.
Mag ik een memorandum schrijven?
Bouwstenen van een sterk memorandum.
Er is geen één vorm dat een memorandum moet aannemen. Jullie kennen je gemeente het beste. Kies dus voor de vorm en de schikking die voor jullie goed voelt. Quotes spreken erg tot de verbeelding. Maar kiezen is verliezen. Soms moet je een “darling” ombrengen om het doel te bewaken.
Het memorandum van Bataljong koos voor een vast stramien met volgende bouwblokken.
- Een sterke duidelijke titel
- Een quote die tot de verbeelding spreekt
- Een plek om het belang van het thema te duiden
- Concrete aanbevelingen
- Een afbeelding ter ondersteuning
De plek van een memorandum in Plan het plan.
Hoe vertel je waar beleidsmakers mee aan de slag moeten?
De vorige stappen van Plan het plan geven je duidelijke inhoudelijke input. Nu is het tijd om aanbevelingen te selecteren, ze scherp te stellen, te clusteren in thema’s en het belang van dat thema te duiden.
Kiezen is verliezen. Daarom is het belangrijk om verstandig keuzes te maken. Dat kan op verschillende manieren.
Haak aan op wat al leeft, haal inspiratie uit…
- partijprogramma’s
- nieuws
- actuele thema’s in jouw gemeente
Streef naar win-win situaties. Hoe minder middelen en tijd politici moeten investeren in je aanbeveling, hoe meer kans dat het aanslaat. Zoals bijvoorbeeld: budget-neutrale transities of veranderingen die geen invloed hebben op de begroting.
Bewaar de balans tussen korte & lange termijn doelen. Maak slim gebruik van actoren. Vertel hoe jij of anderen een rol kunnen spelen in de oplossing.
Stem de taal af op je doelpubliek, de tekst is bedoeld voor politici. Hoe beter de taal aansluit bij de taal die politici zelf gebruiken in beleidsteksten, hoe makkelijker het is om jouw aanbevelingen te integreren of zelfs over te nemen
- Formuleer aanbevelingen als heldere beleidsdoelstellingen. Ga zeker concreet genoeg. Zorg dat een politicus zich er iets bij kan voorstellen.
Voorbeeld: Ga niet voor; “zorg voor gelukkige mensen”, maar voor “Maak budget vrij voor jeugdwelzijnswerker om de mentale gezondheid van de jongeren in onze gemeente te verhogen”.
- Kies voor een imperatief (bevelvorm). Dat lijkt nogal direct maar in dit soort tekst is dat zeker gepast.
Voorbeelden: werf aan, maak budget vrij voor, investeer in, werk … uit, zorg voor, ondersteun … door, bouw een, zorg voor budget opdat, laat de jeugddienst, …
- Benoem niet enkel problemen, reik oplossingen aan. Inspireer met voorbeelden uit de praktijk.
Voorbeeld: Ga niet voor; “De staat van de jeugdinfrastructuur is erbarmelijk”, maar voor “Investeer in jeugdinfrastructuur”.
Vinden jullie één thema superbelangrijk? Hou het dan bij één thema. Hebben jullie meerdere aanbevelingen? Cluster ze dan tot samenhangende gehelen. Hoe meer thema’s je aanraakt hoe meer je ook verwacht van mensen die het lezen. Hou het dus laagdrempelig. Te veel thema’s doet mensen afhaken. 7 thema’s lijkt ons een goed maximum: Meer kan je toch niet onthouden. Minder is vaak echt meer.
Een sterk memorandum is best niet té lang. Eén of twee pagina’s per thema zijn vaak voldoende om een krachtige argumentatie op de bouwen en gerichte aanbevelingen te geven. Kies strategisch. Vorm en inhoud zijn allebei belangrijk in het halen van je doel: helder overbrengen wat je van de politici verwacht.
Naast het formuleren van aanbevelingen is het ook goed om je “waarom” te duiden. Wat maakt dat dit thema op het bord van politici moet komen. Je kan hierbij verwijzen naar extern studiemateriaal of ook naar je eigen onderzoeken. Hoe dichter je het thema kan brengen hoe beter. Maar ook wel des te tijdsintensiever.
Als het kan ga dan voor (participatief) onderzoek. Je kan zelf een belevingsonderzoek doen, focusgroepen organiseren of je baseren op de omgevingsanalyse van je gemeente. Afhankelijk van de gebruikte methode zal je kwantitatieve of kwalitatieve resultaten hebben verzameld.
Baseer je je op een vragenlijst, dan kan je testen of je resultaten representatief zijn. Heb je een kwalitatieve methode (interviews, focusgesprekken, ect.) gebruikt dan zijn je resultaten bijna altijd indicatief. Wees hier voorzichtig met welke taal je gebruikt om je resultaten voor te stellen. Heb je geen representatieve resultaten? Ga dan niet generaliseren, gebruik in plaats daarvan quotes of andere sprekende resultaten uit je onderzoek.
Mocht je toch nog twijfelen, kan je altijd nog even terug kijken naar ‘Kiezen is winnen’.
Je hoeft het warm water niet uit te vinden.
Laat je inspireren, dat is echt oké. Er zijn heel wat actoren in het brede jeugdveld (en andere beleidsdomeinen) wiens memorandum een inspiratiebron kan zijn voor de inhoud en de vorm van jouw memorandum. Wees dus vooral niet bang om deze volop te benutten.
Hieronder een aantal mogelijke inspiratoren die je op weg kunnen helpen.
Aan de slag met de SDG’s met VVSG